Verslag 33: De Tuamotus

 

Onzichtbare koraalriffen

Windkracht 4 à 5 Beaufort, meestal van opzij of iets van voren. We bestuderen de weermodellen om onze oversteek naar de Tuamotu atollen-groep voor te bereiden. Het is 450 mijl, zo'n 3 dagen varen. We hebben de neiging deze afstand te bagatelliseren, want onze vorige passage was immers 3000 mijl! Maar het blijft belangrijk om goed voor te bereiden en goed op te letten. ‘Prepare for the worst and hope for the best’. De Tuamotus zijn berucht vanwege de lage en daardoor bijna onzichtbare kustlijn en halverwege liggen, echt waar, ‘Les Iles du Desappointement’.

 

Op 11 juni om 15.00 uur, na vijf weken Nuku Hiva, gaat het anker omhoog. Het regent, waait lekker en we blazen de baai uit. Zodra we op koers liggen gaat Geert een dutje doen. Ons ritme is dat Judith vooral haar slaap pakt in de donkere nachten terwijl Geert wacht loopt. Overdag haalt Geert de slaap in. In de avond neemt de wind toe tot 5 Bft, de koers is aan de wind. Niet erg comfortabel en we zijn betere koersen (voor de wind of ruime wind) gewend. We zetten een tweede rif maar door een foutje beschadigt de smeerreep (reeflijn) bij de mast. De voorlopig beste oplossing is om met een derde rif te varen. Uiteindelijk varen we drie dagen met dit maximaal gereefde zeil, maar samen met de half uitgerolde kluiver maakt Avalon nog steeds goede voortgang. Aan de wind varen betekent meer helling waardoor iedere beweging binnen veel meer kracht kost: Naar binnen en naar buiten klimmen, koken, afwassen, naar de WC gaan. Zelfs slapen is vermoeiender. We realiseren ons weer hoe fijn en comfortabel het is om met de wind in de rug te varen.

 

Aankomst in Raroia

Een atol is een cirkel- of ovaalvormig eiland met een smalle buitenrand van koraal en zand, begroeid met wat palmbomen, die slechts een paar meter boven water uitkomt. Binnen deze cirkel, in de lagune, is het water relatief ondiep. Hier in Raroia zo’n 20 tot 40 meter. Om in de lagune te komen moeten we door een passage (een ‘pas’). Via de pas stroomt het water de lagune in en uit en dat kan voor flinke stroming zorgen. Soms tot wel meer dan 6 knopen. Met hulp van een getijdegokker (‘Guestimator’) en advies van andere zeilers kiezen we het gunstigste moment: net voor de kentering van de stroom. Voorzichtig en met ogen op stokjes varen we tussen de koraalriffen door. De branding aan weerszijden is niet erg hoog maar blijft afschrikwekkend. Middenin de pas waar wij varen, is het diep en het wateroppervlak vrijwel spiegelglad. Eenmaal binnen voelt het alsof we op het IJsselmeer zijn. (Zie ik daar de Marker Wadden?) Maar er wachten ons nieuwe uitdagingen en gevaren…

 

Koraalbommen

“Tien graden stuurboord, ja recht zo die gaat.” Judith staat op het voordek en tuurt geconcentreerd over het water. We varen niet harder dan 3 knopen en Geert houdt de gashandel binnen bereik. Het is hier weliswaar 25 meter diep, maar de bodem is bezaaid met koraalhoofden of koraalbommen die tot net onder het oppervlak reiken. We gebruiken uiteraard een gedetailleerde kaart, maar daar staan ze niet allemaal op. Gelukkig hebben we ook digitale satellietbeelden waarop (de meeste) wel te zien zijn. Maar het meest betrouwbaar is en blijft de ‘eyeball-navigation’. Het diepe water is donkerblauw en de bommen zijn lichtblauw of turquoise met bruin. We varen behoedzaam naar de overkant van het atol en ankeren bij een bos van kokosbomen. Het is hier prachtig. Echt een bounty-strand. We zullen de komende dagen veel snorkelen, suppen, kokosnoten eten en relaxen.

 

De stranding van de Kon-Tiki

Ergens op de oostkant van Raroia, verscholen tussen wat struiken en kokosbomen en ‘bewaakt’ door een kolonie witte sterns staat een klein monument van een historische stranding. Lange tijd was er onder antropologen discussie over de herkomst van de bewoners van Polynesië. De Noorse avonturier en wetenschapper Thor Heyerdahl wilde aantonen dat inwoners van Zuid-Amerika ruim 1.000 jaar geleden de oversteek naar de Marquesas en de Tuamotus gedaan konden hebben. Hij bouwde een houten vlot en met een bemanning van totaal zes vertrekken ze vanuit Peru om de theorie te onderbouwen. In de nacht van 7 augustus 1947, na 101 dagen op zee, strandt de Kon-Tiki op het rif rond Raroia. Heyerdahl en zijn bemanning worden door de vissers van Raroia gered en keren veilig terug naar Europa. Met de oversteek was de mogelijkheid van migratie vanuit het oosten weliswaar aangetoond, maar later zou met behulp van DNA-technieken bewezen worden dat de migratie naar deze eilanden vanaf de andere kant, via de route Azië-Taiwan en Nieuw-Guinea heeft plaatsgevonden.

 

Boem is ho

“Stop! Achteruit!” Judith ziet een koraalbom. Doordat de zon al laag en rechtvoor staat is het moeilijk uitkijk houden. Geert heeft nog net genoeg tijd om hard achteruit te slaan, maar dat voorkomt niet dat we er met een klein bonkje tegenaan varen. Deze koraalbom was ook op de satellietkaart nauwelijks zichtbaar. We hebben niet alleen een kras op ons ego, maar ook op de kiel veroorzaakt. Gelukkig kan Avalon tegen een stootje. Excuses aan het koraal.

 

Van Raroia naar Makemo

Na een week verlaten we Raroia met bestemming Makemo; ook een atol. De afstand is net te groot voor een dagtocht dus we vertrekken in de namiddag. Het weer is gunstig en we zijn dan ook niet de enige die deze nacht gekozen hebben. Samen met 12 jachten spoelen we door de pas naar buiten en genieten van de mooie volle maan die hier tegen de wijzers van de klok in van oost naar west langs de hemel schuift. We arriveren ’s ochtends, een paar uur te vroeg, bij de pas van Makemo. De andere jachten cirkelen rond en wachten af totdat de eerste boot het erop waagt. Via de marifoon vragen we dit ‘eerste schaap’ naar zijn bevindingen en dan durven wij het ook. Er staat 4 knopen stroom tegen en het water klotst en kolkt om ons heen, maar vol gas, geconcentreerd sturend, varen we er door. Eenmaal binnen gaan we stuurboord uit en ankeren bij het dorpje. We zijn precies op tijd om de Nederlandse voetbalmannen met 0-0 gelijk te zien spelen tegen Frankrijk…

 

Uit eten met zwaaiende armen

We trekken deze periode veel op met het Belgische koppel Yegor en Marlène van de Sabali. We ontmoetten elkaar in Dakar, Senegal. Nu twee jaar later en 8.000 mijl verder doen we weer veel samen. Volgens Marlène en Google schijnt er hier een pizzeria te zijn. Ergens in een donker steegje vinden we inderdaad een plek waar vanuit een open luik eten wordt verkocht. In een hoek van de aangrenzende parkeerplaats staan 4 plastic stoelen en een tafel. De verlichting bestaat uit een felle lamp met bewegingsmelder. Om de beurt zwaaien we iedere minuut wild met onze armen om niet in het donker te komen zitten. Maar de pizza’s zijn lekker. En omdat de pizzabakster ziet dat Marlène 6 maanden zwanger is, krijgen we er zelfs twee flessen mineraalwater bij. Top!

 

Vluchten voor harde wind

Over vijf dagen gaat het hard waaien. We staan voor de keuze om minstens een week in het atol te blijven of om voor die tijd te vertrekken naar Tahiti. Hoewel we het jammer vinden om de Tuamotus nu al achter ons te laten, kiezen we om te vertrekken. Yegor en Marlène hebben hetzelfde plan en omdat zij wat problemen met hun satelliettelefoon en Starlink hebben, besluiten we de tocht van 350 mijl samen op te varen; anders gezegd om te ‘buddyboten’. “Sabali Sabali this is Avalon. The wind stays in the east, no more than 20 knots, no thunderstorms expected, so happy sailing. All well on board.” Omdat hun boot wat kleiner is en omdat ze noodgedwongen de hele tocht met drie reven varen, moeten wij af en toe vaart minderen om niet buiten marifoonbereik te geraken. Maar dat doen we met plezier. Al is het zuur om ze onderweg te moeten melden dat België met 1-0 door Frankrijk is uitgeschakeld.
In de vroege avond van de derde nacht komen we aan bij Tahiti. De pas (Tahiti is een eiland omringd door een koraalrif) is goed bebakend en verlicht en er staat weinig stroom en geen deining, dus we durven het aan om in het donker naar binnen te varen. Eenmaal binnen in de lagune zoeken we snel een plekje om zij aan zij de ankers te laten vallen. De volgende ochtend laveren we tussen het koraal door naar een aan drie kanten door land omsloten baai, waar we de komende dagen veilig en rustig kunnen uitzingen. Voor Yegor en Marlène is dit voorlopig hun laatste tocht. Ze vliegen over een paar weken naar België om een derde bemanningslid voor Sabali op de wereld te zetten.

Zonsondergang op de Stille Oceaan  (ook de zon beweegt hier van rechts naar links).

Satelietafbeelding van de pas bij Raroia, je ziet de koraalhoofden liggen.

Bountystrand op Raroia

Herdenking stranding van de Kon-Tiki

Een verliefd stelletje witte sterns

In het dorpje van Makemo

Woelig water en stroomrafels in de pas van Makemo