Verslag 31: De oversteek over de Pacific

 

Bijna 3.000 mijl, 3 á 4 weken

We bereiden ons voor op een oversteek van 2.955 mijl. We weten niet precies hoe lang we er over gaan doen. Drie weken als de wind goed is, anders langer. We slaan eten in voor ruim vier weken. De voorraad water en basisvoedsel zoals broodmeel, pasta, rijst en blikken is nog veel groter. Dus als het heel erg tegenzit hebben we genoeg voor maanden. We proberen zoveel mogelijk niet gekoelde groenten en fruit te kopen, omdat die langer goed blijven, maar die zijn schaars, zodat we genoodzaakt zijn toch ook veel gekoelde spullen te kopen. Nadat we de watertank en de dieseltank (750 liter, goed voor 1.500 mijl) hebben afgetopt en de laatste weerkaarten hebben bestudeerd, zijn we klaar voor vertrek. Op 22 maart om 13.45 uur gaat het anker uit de modder en motoren we, licht gespannen, maar ook vol vertrouwen, de baai uit. Op naar de Marquesas!

 

Swingen rond de rhumbline

De rhumbline is een rechte lijn van A naar B en dus de kortste route. (Op hogere breedten is de grootcirkel de kortste route, maar dat voert hier te ver.) Vanwege verwachtte wind (ZO passaat) en zeestroming wijken we af van deze kortste weg. De eerste 4 dagen varen we zuidelijker (want meer wind), waarna we koers veranderen richten de rhumbline. Vervolgens varen we zo’n 11 dagen ‘te veel‘  noordelijk omdat daar een gunstige westelijke zeestroming staat van wel 2 tot 2,5 knopen, om de laatste 4 dagen terug te draaien naar ons doel ofwel het eind van de rhumbline.

Het weer is erg stabiel. Af en toe ligt er een kleine bui (squall) op ons pad, maar de windstoten die daaruit komen zijn niet verontrustend. We varen meestal met de kluiver (grote fok) aan loef en de kotter (kleine fok) en het grootzeil met één rif aan lei. Bij weinig wind hijsen we de spinaker en bij meer wind rollen we de kluiver wat in of zetten een tweede rif. Zo varen we, mede vanwege de stroming, gemiddeld 160 mijl per dag; veel meer dan we gehoopt hadden.

 

Gashendel blokkeert

Het is nacht, Geert zit op wacht en checkt af en toe de snelheid. “Wind en snelheid nemen af, de accu’s staan op 40% en kunnen wel wat lading gebruiken, dus ik start de motor”. De motor start, maar de gashendel wil niet in de vooruit! Da’s niet fijn. Bij windstilte zullen we geheel stil komen te liggen. Bij daglicht de volgende morgen kruipt Judith onderdeks en demonteren we de gashendel. Het probleem is gelukkig eenvoudig op te lossen: er zijn enkele boutjes losgetrild en één daarvan blokkeert de hendel. Met wat lijm (locktight) draaien we ze weer aan en alles werkt weer zoals het hoort.

 

Aanvaring met walvis

Het is 10 uur ’s ochtend. Geert is ’s nachts veel wakker geweest en ligt te slapen, Judith heeft net haar fitnessoefeningen gedaan en schrijft wat in het logboek. “Geert, word wakker, we zijn ergens tegenaan gevaren!” Binnen twee tellen staan we allebei in de kuip. We zien de rug en de staart van een walvis. En een bruinige of rode verkleuring in het water. “Ai! Sorry walvis. Jij lag te slapen en wij zagen je niet. Wat een pech. Hopelijk heb je slechts een paar schrammen en gekneusde ribben en overleef je deze botsing met onze stalen 17-tonner.” Misschien is dat bruine in het water walvispoep die het dier van schrik heeft laten lopen. We zullen het nooit weten. De aanvaring voelde voor ons alsof we twee keer een zachte modderbodem raakte. Voor ons geen reden om ongerust te zijn.

 

Vissen voor de variatie

Hoewel het verse fruit en groente na twee weken op zijn, eten we, vooral dankzij Judiths inventiviteit uitstekend. Het ontbijt bestaat vaak uit bananenpannenkoek, zie recept in de blog van Judith, met vers fruit. Als de bananen allemaal (tegelijk) overrijp zijn, schakelen we over op gewone pannenkoeken met havermelk of ‘American pancakes’. De broodbakmachine doet goed werk en om de andere dag is er vers brood.

In de avond is veel creativiteit gewenst. “Welke groenten zijn er nog en moeten op.” Na 2 weken zijn er alleen nog uien en knoflook en moeten we winkelen in de grote voorraad blikken.

Gelukkig vangen we 2 mooie bonito’s (familie van de tonijn) en een goudmakreeltje, waarmee we achtereenvolgens shashimi pokebowl (met rijst en komkommer), gebakken tonijnsteak (met sesamzaad en ketjap) en tonijnsalade maken.

 

Zeiljacht zinkt!

Samen met andere overstekers zitten we in een whatsappgroep “March to Marquesas’. Op 17 maart verschijnt daar het bericht van het Zweedse zeiljacht IdaLina. “Onze roeras is gebroken en we maken water.” Wij zijn ca. 80 mijl (12 uur varen) van ze vandaan en kunnen dus op korte termijn weinig doen, behalve onze koers verleggen richting dit zinkende schip. Gelukkig zijn twee andere schepen (beide toevallig ook Zweeds) veel dichterbij. Zij kunnen er binnen 2 á 3 uur zijn.  Het roerblad van de IdaLina bungelt en wrikt enige tijd onder de romp en veroorzaakt een gat van 15 centimeter. Het lukt de bemanning van de IdaLina (Ingmar en Tina) niet om dit lek te dichten en de pompen houden het schip niet droog. Na anderhalf uur staat het water zo hoog in de kajuit dat ze in het reddingvlot moeten stappen. De video die Ingmar en Tina van hun zinkende schip maken is hartverscheurend.

Vrijwel op hetzelfde moment komt het jacht Pacific Wind ter plekke en Ingmar en Tina klimmen bij hen aan boord. Wat een pech en wat een geluk. Ze zijn gered.

Later op Hiva Oa en Fatu Hiva spreken we Ingmar, Tina en de andere Zweden. De IdaLina was een relatief nieuw en goed onderhouden schip van een gerenommeerde werf. Maar de roerconstructie bleek te zwak. De scheepswerf Arcona en de leverancier van de roerconstructie (Jefa) gaan uitzoeken hoe dit heeft kunnen gebeuren. Wij zijn blij dat onze boot een geheel andere roerconstructie heeft waarbij ditzelfde falen onmogelijk is. Wil je de beelden zien klik op; https://www.zeilen.nl/actueel/nieuws/arcona-460-zinkt-na-roerfalen-op-grote-oceaan/

 

Land in zicht!

Nog 24 mijl te gaan. Judith tuurt regelmatig naar de wolken aan de horizon. “Is het een scherpe wolkenrand….? Nee Het is Land! Op 10 april, om 16.00 uur, na 19 dagen op zee valt het anker in de Atuona Baai van Hiva Oa. De vulkaanhellingen om ons heen zijn steil en groen. We ruiken het land. We zwaaien naar de andere geankerde boten. We springen in het water en trekken een fles witte wijn open. Proost! 2.955 mijl in 19 dagen en 2 uur. 155 mijl per etmaal. 6,45 mijl per uur. Helemaal niet slecht voor een stalen langkieler. Maar veel belangrijker: ze heeft ons veilig en zonder problemen hier naar toe gebracht. Goed gedaan Avalon!

De voorraad groenten en fruit wordt zorgvuldig weggestouwd.

Reconstructie van de rhumbline en onze gevaren route.

Heel rustig varen we de nacht tegemoet.

Mijlen maken onder spinaker.

We eten poke bowl met rauwe bonito

Aankomst in de baai van Hiva Oa op de Marquesas eilandengroep.